We leren als autobestuurder; "Een tram heeft altijd voorrang en volgt de verkeersregels niet. Hij moet enkel rekening houden met bevoegde personen en verkeerslichten."
Echter "Wanneer het wit/gele knipperlicht in het midden van de lichten voor een tram brandt, mag hij het licht met dubbele voorzichtigheid voorbijrijden, met in acht name van de geldende voorrangsregels."
Welke voorrangsregels spreekt men over? Hij heeft volgens de regels altijd voorrang... En zelfs al zou de tram zijn voorrang verliezen bij het knipperen van het wit/gele licht in het midden van de lichten voor de tram, hoe weet de auto dan dat hij voorrang heeft? De auto, die dan mogelijks voorrang heeft, kan de lichten van de tram niet zien, want hij komt van rechts.
Deze vraag en/of regels zijn niet duidelijk.
voorrang tram 10850
-
- Administrator
- Berichten: 13168
- Lid geworden op: 26 mar 2005, 00:00
Re: voorrang tram 10850
De tekst: "mag HIJ met dubbele voorzichtigheid..."
Het gaat over rijbewijs B.
Die HIJ is de AUTOBESTUURDER die om een of andere reden over de bijzondere overrijdbare bedding heeft mogen rijden.
Het gaat dus niet over de tram.
Het gaat over rijbewijs B.
Die HIJ is de AUTOBESTUURDER die om een of andere reden over de bijzondere overrijdbare bedding heeft mogen rijden.
Het gaat dus niet over de tram.
-
- Berichten: 4519
- Lid geworden op: 13 sep 2009, 10:11
- Locatie: hemiksem
Re: voorrang tram 10850
Artikel 62ter. Bijzondere verkeerslichten voor het regelen van het verkeer van voertuigen van geregelde diensten voor gemeenschappelijk vervoer
De verkeerslichten in de vorm van balken, cirkels en driehoeken, in het wit op een zwarte achtergrond, dienen om het verkeer te regelen van voertuigen van geregelde diensten voor gemeenschappelijk vervoer.
Zij hebben de volgende betekenis :
2° een cirkel heeft dezelfde betekenis als het vast oranjegeel licht bepaald in artikel 61.1.2°;

Dit verkeerslicht in de vorm van een cirkel, heeft dus eigenlijk dezelfde betekenis als een oranjegeel verkeerslicht :
Artikel 61. Driekleurige verkeerslichten
61.1. De driekleurige verkeerslichten zijn cirkelvormig en hebben de volgende betekenis :
2° vast oranjegeel licht betekent dat het verboden is de stopstreep of, zo er geen stopstreep is, het verkeerslicht zelf voorbij te rijden, tenzij de bestuurder bij het aangaan van dat licht het teken zo dicht genaderd is, dat hij niet meer op voldoende veilige wijze kan stoppen; zo dit licht bij een kruispunt geplaatst is, mag de bestuurder, die de stopstreep of het licht in dergelijke omstandigheden voorbijgereden is, het kruispunt evenwel slechts oversteken op voorwaarde de andere weggebruikers niet in gevaar te brengen;
En als dat verkeerslicht dan knippert :
Artikel 64. Verkeersknipperlichten
64.1. Een oranjegeel knipperlicht betekent dat het verkeerslicht met dubbele voorzichtigheid mag voorbij gereden worden; het wijzigt de voorrangsregeling niet.
Het kan zijn :
2° het oranjegeel licht van het driekleurig systeem wanneer het geheel van dit systeem niet in werking is;
Noot
Ook de trambestuurder MOET dit verkeerslicht in acht nemen. Ook hij/zij moet hier dus inderdaad wel degelijk dubbel voorzichtig zijn als hij het verkeerslicht voorbij rijdt
Je moet als bestuurder de betekenis van deze verkeerslichten kennen. Daar bestaan wel degelijk vragen over. En de reden dat je betekenis ervan moet kennen, is logisch. Namelijk: als je omheen een vaste hindernis rijdt, dan mag je dat via de Bijzondere Overrijdbare Bedding doen. Mààr : ALS je daar dan op rijdt, dan moet je DIE verkeerslichten in acht nemen.
De verkeerslichten in de vorm van balken, cirkels en driehoeken, in het wit op een zwarte achtergrond, dienen om het verkeer te regelen van voertuigen van geregelde diensten voor gemeenschappelijk vervoer.
Zij hebben de volgende betekenis :
2° een cirkel heeft dezelfde betekenis als het vast oranjegeel licht bepaald in artikel 61.1.2°;

Dit verkeerslicht in de vorm van een cirkel, heeft dus eigenlijk dezelfde betekenis als een oranjegeel verkeerslicht :
Artikel 61. Driekleurige verkeerslichten
61.1. De driekleurige verkeerslichten zijn cirkelvormig en hebben de volgende betekenis :
2° vast oranjegeel licht betekent dat het verboden is de stopstreep of, zo er geen stopstreep is, het verkeerslicht zelf voorbij te rijden, tenzij de bestuurder bij het aangaan van dat licht het teken zo dicht genaderd is, dat hij niet meer op voldoende veilige wijze kan stoppen; zo dit licht bij een kruispunt geplaatst is, mag de bestuurder, die de stopstreep of het licht in dergelijke omstandigheden voorbijgereden is, het kruispunt evenwel slechts oversteken op voorwaarde de andere weggebruikers niet in gevaar te brengen;
En als dat verkeerslicht dan knippert :
Artikel 64. Verkeersknipperlichten
64.1. Een oranjegeel knipperlicht betekent dat het verkeerslicht met dubbele voorzichtigheid mag voorbij gereden worden; het wijzigt de voorrangsregeling niet.
Het kan zijn :
2° het oranjegeel licht van het driekleurig systeem wanneer het geheel van dit systeem niet in werking is;
Noot
Ook de trambestuurder MOET dit verkeerslicht in acht nemen. Ook hij/zij moet hier dus inderdaad wel degelijk dubbel voorzichtig zijn als hij het verkeerslicht voorbij rijdt

Je moet als bestuurder de betekenis van deze verkeerslichten kennen. Daar bestaan wel degelijk vragen over. En de reden dat je betekenis ervan moet kennen, is logisch. Namelijk: als je omheen een vaste hindernis rijdt, dan mag je dat via de Bijzondere Overrijdbare Bedding doen. Mààr : ALS je daar dan op rijdt, dan moet je DIE verkeerslichten in acht nemen.
Goed autorijden, betekent vooral ook aan anderen denken
-
- Berichten: 11874
- Lid geworden op: 04 mei 2006, 00:00
Re: voorrang tram 10850
Maar de tram blijft wel voorrang hebben ...bert.covens schreef: 29 sep 2025, 10:18 Noot
Ook de trambestuurder MOET dit verkeerslicht in acht nemen. Ook hij/zij moet hier dus inderdaad wel degelijk dubbel voorzichtig zijn als hij het verkeerslicht voorbij rijdt![]()
Je moet als bestuurder de betekenis van deze verkeerslichten kennen. Daar bestaan wel degelijk vragen over. En de reden dat je betekenis ervan moet kennen, is logisch. Namelijk: als je omheen een vaste hindernis rijdt, dan mag je dat via de Bijzondere Overrijdbare Bedding doen. Mààr : ALS je daar dan op rijdt, dan moet je DIE verkeerslichten in acht nemen.
De driekleurige verkeerslichten werken niet, dus
- tussen andere weggebruikers gelden de voorrangsregels (bvb tov voetgangers)
- of voorrangsborden (tov andere bestuurders)
Maar de tram heeft nog steeds voorrang op iedereen (uitgezonderd prioritaire voertuigen met dringende opdracht)
De tram volgt enkel de wegcode wanneer de driekleurige verkeerslichten (of de lichten voor geregeld gemeenschappelijk vervoer) correct werken
Trams hebben een eigen reglement, geregeld in een ander KB, en nog wat vrij rare onderlinge voorrangsregels