Dit is een vraag over de voorrangsprincipes. Het basisprincipe is inderdaad dat de blauwe auto zich als laatste op het kruispunt begeeft, want zijn bestuurder moet voorrang verlenen aan de bestuurder van de groene wagen (voorrang van rechts), die op zijn beurt voorrang moet verlenen aan de voetganger (oversteekplaats voor voetgangers). In die zin heb ik dan ook niets aan te merken op de vraag.
De uitzondering die je aanhaalt uit les 20 zou natuurlijk ook gelden als een zeker aantal voetgangers aldaar op hetzelfde ogenblik zouden (willen) oversteken. Hetzelfde geldt uiteraard als daar slechts enkele voetgangers zouden (willen) oversteken die een lang voorwerp dragen:
Als er slechts één voetganger zou (willen) oversteken, is het zeer de vraag of de blauwe auto het kruispunt al volledig zou overgereden zijn op het ogenblik dat de groene auto al kan doorrijden. Deze uitzondering maakt dan ook niet het voorwerp van de vraag uit.
Belangrijk is te beseffen dat je volstrekt geen voorrang verleent aan een voorranghebbende bestuurder als die door jou ook maar voor het minste vertraagd wordt.